Deze
rammelaarpuzzels bestaat uit een aantal vierkante staven en ronde deuvels. Bij
de kleinste rammelaarpuzzel zijn er in het totaal 6 vierkante staven met een
grote van 2x2x6 eenheden. De lengte van een deuvel is 6 eenheden en deze hebben
een doorsnede van 1 eenheid. De kleine rammelaar puzzel bestaat uit drie
verschillende stukken en één sleutel-deuvel. Als de puzzel correct in elkaar
gezet is, bestaat er in het centrum van de puzzel een ruimte waarin een knikker
gestopt kan worden, als je daarna de puzzel schudt begrijpt je waar de naam van
de puzzel vandaan komt.
Het
maken van de puzzel is niet moeilijk. Eerst worden de zes vierkante stuken
gemaakt door in elke staaf drie gaten te boren. Daarna plak je de deuvels vast
in de gaten volgens onderstaand schema. Daarna vijl je de overgebleven gaten om
de puzzel soepel in elkaar te kunnen zetten.